Na bijna een jaar in Australië gingen we in December weer 2 weken terug naar Nederland, voor een bruiloft en de feestdagen. Ik had Nederland gruwelijk gemist, en kon niet wachten om terug te gaan. En hoe fijn het ook was om iedereen weer te zien, tot mijn verrassing was ik net zo blij om na die twee weken weer terug te gaan naar Australië; na al dat intensieve thuiskomen in Nederland eindelijk weer rustig thuiskomen in Australië.
Het klinkt logisch maar dat was het voor mij niet. Ik had in mijn eerste jaar hier erg veel moeite met houden van Australië - niet om Australië, maar omdat afscheid van het land waar je natuurlijk 24 jaar een goed leven hebt gehad niet makkelijk is, en misschien hielp het feit dat mijn schoonouders (waar ik bij woon) extreem trots zijn op hun land en nationaliteit. Keer op keer werd mij van alles verteld over hoe geweldig Australië was, en de waarheid was dat ik er enkel was voor mijn partner.
Ik was vóór ik James leerde kennen nooit in Australië geweest, en had er eigenlijk ook nooit specifiek heen willen gaan. Ik ben geen immigrant die van Australië droomde, ik was er voor mijn gevoel meer toevallig terecht gekomen door de liefde. En het integreren voelde haast geforceerd voor mij. Ik ben ook niet erg Nederlands qua culturele activiteiten, waarom moet ik hier dan ineens wel heel Australisch gaan doen om te laten zien dat ik integreer? Het zorgde voor een anti-reactie, waardoor ik Nederland enorm ging missen.
Maar eenmaal in Nederland dacht ik steeds weer aan Australië. De uitgestrekte vlaktes en heuvels, de vriendelijke mensen, de ruimte die iedereen elkaar geeft. Terwijl ik op de trein van Schiphol naar Nijmegen zat met mijn vader, keken andere passagiers ons steeds vals aan omdat wij hardop praatten (en nee, het was geen stiltecoupé) - en toen realiseerde ik mij ineens, wat kunnen Australiërs elkaar heerlijk met rust laten. Wat zijn Australiërs ontspannen, minder snel geërgerd en rustig.
Het is ook geen wonder, want de twee weken van grijze wolken, duisternis, kou en drukte in Nederland waren nogal anders dan de relaxte, ruime warmte waarin we in Australië hadden geleefd. Ik wens iedereen in Nederland ineens meer zon toe, meer ruimte, zodat ze misschien wat minder geërgerd kunnen zijn, en wat... Australischer?
Het is dan toch eindelijk gebeurt. Nadat ik thuiskwam in Australië ben ik naar K-Mart gereden om daar voor Australia Day in januari een paar shorts met de Australische vlag te kopen. Ik denk dat het tijd is om te accepteren dat ik nu in Australië woon, en dat het inderdaad thuis is geworden, en dat, dat niet erg is, en niet betekend dat Nederland geen deel meer van mij is.
Tussen alle geforceerde verhalen over Australische geschiedenis van mijn schoonfamilie en het eindeloze smeken wat wij moeten doen voor een partner visum, was ik helemaal vergeten dat ik hier wél echt zelf wil zijn. Dat het een prachtig land is en ik toch maar geluk heb dat ik hier toevallig terecht ben gekomen en nu ook hier thuis mag komen.