Australië heeft een bijzonder landschap waarin droge vlakten worden afgewisseld met rijke groene gebieden. Het land kent een unieke biodiversiteit aan ecosystemen van uitzonderlijke verscheidenheid en rijkdom. Je vindt er fantastische flora en fauna! Dit is zo bijzonder dat Australië behoort tot de zeventien 'megadiverse' landen van de wereld...
Regenwouden
De regenwouden aan de oostkust behoren tot de oudste ecosystemen ter wereld en kenmerken zich door de dichtheid. Alle leefplekken in deze bossen worden benut door vele verschillende planten en dieren. Door de warme en vochtige omgeving leven er vele schimmels, varens en palmen. Je vindt hier kleine buideldieren zoals opossums, bandicoots en boomkangoeroes. Daarnaast leven er kasuarissen, vele kikkers, pythons en felgekleurde vogels.
Subtropisch regenwoud
Dit regenwoud is jonger dan de tropische variant en bedekte voor de ijstijden grote delen van Australië. Tegenwoordig vind je dit ecosysteem in South-Queensland, New South Wales en Victoria. Over het algemeen is het minder dicht begroeid dan gewone regenwouden en komen er andere planten voor. Voor beide varianten geldt dat er veel planten- en dierensoorten leven die specifiek daar voorkomen.
Eucalyptusbossen
Eucalyptusbossen groeien door heel Australië en er zijn meer dan 600 soorten. Door de verschillende klimaten zijn er verschillende soorten eucalyptusbossen, waarbij sommigen veel gemeen hebben met regenwouden, terwijl anderen open, droge bossen zijn. Dieren die je veelal in eucalyptusbossen tegenkomt zijn wallabies, grijze reuzenkangoeroes, koala's, wombats en verder voornamelijk veel vogels zoals de Kookaburra en kleine reptielen.
Tropische wetlands
Een waar vogelparadijs vormen de wetlands in Northern Territory, onder andere Kakadu National Park. Deze gebieden die enorme veranderingen ondergaan als gevolg van het natte en het droge seizoen, bestaan uit moerassen, meertjes, eilanden en kleine stukken bos. Door het vochtige, warme klimaat groeien planten hier razendsnel. Het is ook een ideale leefplek voor krokodillen.
Woestijnen
Kenmerkend voor het binnenland en voor Australië zelf, zijn de grote uitgestrekte rode woestijnen. Deze zijn schaars begroeid met grassen, lage boompjes, een enkele witte ghost gum eucalyptus en hier en daar zijn er kloven met oases. In de woestijnen leven rode kangoeroes, emoes, dingo's en rockwallabies. Daarnaast zie je er de grote leguanen, enkele slangen en vogels als papegaaien en grote adelaars.
Weideland
Langs de kustgebieden heeft Australië veel weidegronden, afgewisseld met eucalyptusbossen. Veel grasland werd voor het vee aangelegd door de Engelsen. Vaak zijn dit golvende landschappen met hier en daar een groepje bomen en enkele rotsformaties. Dit is met uitstek het gebied voor wallabies en grijze kangoeroes die er komen grazen.
Koraalrif
Rond Australië liggen vele koraalriffen, met als waar wereldwonder het Great Barrier Reef: het grootste koraalrif ter wereld. Het rif is miljoenen jaren geleden ontstaan door kleine holtediertjes die kalksteen afzetten.
Door verschillende soorten koraal en de begroeiing ervan is dit ecosysteem uniek. Daar draagt ook de aanwezigheid van meer dan tweeduizend verschillende vissen, vierduizend soorten schaaldieren, haaien, roggen en schildpadden aan bij. In het rifgebied zijn ook vele koraaleilanden te vinden die tropisch zijn begroeid.
