Twee dagen geleden zijn we terug gekomen van de aller beste trip ooit; 10 dagen naar de Outback met heading bush! Op 16 maart werden we 's ochtend rond half 8 opgehaald door Simon, onze tourguide voor de komende 10 dagen. De rest van de groep (inclusief de gids waren we met 11 personen) zat al in de 4WD. Eerst nog even naar het kantoor om wat papieren in te vullen en wat spullen aan te schaffen voor de reis. (Hebben we wel echt een vliegnet nodig? JA ZEKER!) En toen was het tijd om Adelaide te verlaten en de Outback in te gaan.
De eerste twee nachten hebben we in Flinders Ranges geslapen. Niks geen hostels, douches, wc's en andere luxe. Zelfs geen tentje. Het werd slapen in een swag en als we geluk hadden, konden we gebruik maken van dunnies vol spinnen en anders werd het een gat graven achter een boom... De eerste avond was het flink koud en hadden we ons vliegnet nog niet nodig.
De hele groep zat dicht op het vuur te genieten van ons eerste bush tucker. Simon kon heerlijke maaltijden klaar maken op het kampvuur. Ondanks dat het koud was, beviel het slapen in een swag ons prima. De eerste nacht was het nog wat onwennig, maar op het einde van de reis waren we er zo aan gewend dat we ze mee naar huis wilden nemen. Heerlijk slapen onder de sterren. (wel goed inspuiten met insectenspray...)
De Flinders Ranges is een mooi, niet te ruig gebergte. Rood gesteente, groene begroeiing. We zijn er naar Aboriginal Rock art gaan kijken en naar Wilpena Pound gegaan. Simon vertelde ons veel aboriginal verhalen. Na de Flinders Ranges hebben we de highway verlaten en zijn we de echte Outback ingegaan. Met de de 4WD over alleen maar dirt road. Van de 3238 km die we in 10 dagen afgelegd hebben, bestond meer dan 2000 km uit dirt road. En al die kilometers hebben we zitten swingen en zingen op Australische en andere muziek van Simon.
Via de Oodnadatta track zijn we naar plaatsjes gegaan als Marree (een plaatsje waar de oude Ghan treinrails doorheen reed) en zijn we naar Lake Eyre gegaan. Lake Eyre is een groot zoutmeer. De 4WD kon niet te dichtbij komen, omdat hij anders vast zou komen te zitten. In de woorden van onze gids: "we'll be dead if we'll get stuck there." We zijn toen dus maar een stuk gaan lopen. Sommigen onder ons dachten namelijk serieus dat we bij water zouden komen... Ehmmm owkee, wij dus lopen. We begonnen als 10 kleine indiaantjes waarvan er steeds meer afvielen. Iedereen begon namelijk weg te zakken door de zoutkorst. Jetje, Roosje, Conny en Cristian (een Duits stel) bleven echter stug door gaan.
En toen.... begon Jetje ineens weg te zakken.... In haar hoofd hoorde ze de woorden van Simon: "we'll be dead if we'll get stuck there". Ze raakte half in paniek, half in de slappe lach en dacht dat haar laatste uur in was gegaan. Met hulp van kalme Conny kwam Jetje uit de zwarte smurrie. Roosje had de fout gemaakt om te lang stil te blijven staan op een plek en ook haar voeten werden nu vacuum gezogen in de modder. Ok, de pret was over. Met pikzwarte voeten, Jettie met zweethandjes en Rosalie met een kapotte slipper zijn we terug gelopen. Na een half uur op blote voeten over zoutkorst op een van de heetste plekken op aarde gelopen te hebben, kwamen we terug bij de 4WD.
's Avonds hebben we overnacht in William Creek. Deze plaats heeft maar liefst 6 inwoners! Ok, ok, in de winter wonen er 10 mensen. We hebben 's avonds wat gedronken in de pub daar. Ook een ervaring! De weg naar William Creek was erg mooi. De totale leegte begon nu echt te komen. Natuurlijk zijn we ook gestopt in Coober Pedy (dit was op onze vierde dag), the opal capital of the world. We kwamen aan en het enige dat we zagen waren stoffige, zandachtige bergen.
Maar als je beter keek zag je dat er deurtjes tegen de bergen aan zaten. Mensen maken hier namelijk hun huizen onder de grond. Op die manier blijft het er het gehele jaar door ongeveer 23 graden. We hadden hier wat tijd voor ons zelf. De hitte, droogte, stoffigheid en vliegen deden ons besluiten deze tijd met een heerlijk koud drankje in de pub door te brengen. Na de pub kregen we een tour bij een opaal mijn, inclusief een rondleiding door een ondergronds huis. De volgende dag (20 maart, Rosalies verjaardag) zijn we eerst naar de Painted Desert gegaan.
We hebben gelopen door de roze, oker gele, bruine, oranje, zwarte en wit gekleurde bergen. Daarna zijn we naar Oodnadatta gegaan. We hebben hier gezwommen in een zwembad van locals, zijn naar het oude Ghan railway museum gegaan, hebben lunch gehad in the Pink Roadhouse en we hebben geluisterd naar de liedjes van Jeff. Jeff was een aboriginal die verliefd werd op Carola (Duits meisje) en een verjaardags liedje voor the birthday girl speelde. Wat de tekst was weten we nog steeds niet, maar Rosalie voelde zich vereerd.
's Avonds kampeerden we bij Eringa aan een billabong aan de rand van de Simpson Desert. De perfecte plek voor een verjaardagsfeestje. We aten kangaroo met rijst en er was volop bier en wijn. Ook had Simon een chocolade cake gemaakt. Er zaten zelfs kaarsjes op. Bijna iedereen was dronken. Bij het kampvuur hebben we gezongen op de gitaar muziek. De volgende ochtend was minder leuk. De vliegen waren schijnbaar kwaad dat ze de avond ervoor niet uitgenodigd waren en waren nu met duizenden op ons afgekomen. Niet normaal meer. Daarbij was het ontzettend heet en hadden de meesten last van een kater, he Jetje?!
We hebben dag 6 voornamelijk in de 4WD doorgebracht. Rijdend door de Simpson Desert. Wel gestopt bij Finke een aboriginal community. Ook 's avonds nog lang doorgereden. Het was weer donker geworden. Dat betekende dat het minder heet was, dat de vliegen weg waren en dat het feest dus weer kon beginnen. Party in de auto. We hebben overnacht langs de Lasseter Highway, niet te ver verwijderd van Uluru (Ayers Rock)...
De volgende ochtend weer rond 6 uur op. Ja, ja, uitslapen kennen ze niet in de outback! Je moet voor zonsopgang op zijn. Ten eerste om vlieg-vrij te kunnen ontbijten en ten tweede om van de zonsopgang te kunnen genieten. Vandaag stond Uluru op het schema. Uit respect voor de aboriginals hebben we The Rock niet beklommen. Wat we wel gedaan hebben, is er omheen gelopen. Het was 9.4 km en we hebben dat in de record tijd van bijna 5 uur gelopen!! Ok, dat lijkt misschien niet erg snel.... maar we hebben dan ook naar heel veel aboriginal verhalen van Simon geluisterd.
Uluru heeft geen geheimen meer voor Jetje en Roosje. 's Avonds hebben we naar de zonsondergang bij The Rock gekeken. Bij aankomst op de parkeerplaats vanwaar we naar het kleurenschouwspel zouden gaan kijken, schrokken we ons dood van alle mensen die daar waren. We hadden dagen geen kip gezien en nu stonden er wel 20 touring bussen. Maar ok, vanaf het dak van onze 4WD, met een wijntje in onze handen, keken we zo over alle mensen heen. Toen het donker werd gingen alle bussen er weer vandoor. Maar wij niet!
De autoradio werd keihard aangezet. Op het dak van de 4WD zaten Eric (Canadees) en Karl (Duitser) met zaklampen discolampen na te doen en dansend op de parkeerplaats ging de rest helemaal uit zijn dak. De beste Outback-disco!! Dag 8 werd doorgebracht bij Kata Tjuta (the Olgas). We hebben hier een walk van ongeveer 8 km gedaan. Kata Tjuta is echt geweldig mooi om doorheen te lopen. De hoogste berg (Mt Olga) is 850 meter hoog (Uluru is 300 meter hoog).
Na de walk zijn we naar het Cultural Centre gegaan en nog even lekker gedouched op de camping bij Yulara, het resort bij Uluru and Kata Tjuta National Park. In de Outback zijn Jetje en Roosje een douche echt gaan waarderen! We konden namelijk niet elke dag van deze luxe genieten en we kunnen je zeggen dat je na een dag in de woestijn gelopen te hebben, best wel een doucheje kunt gebruiken! Een schone toilet is ook zoiets... *zucht* wat konden wij soms verlangen naar een schone wc!
De een na laatste dag stond in het teken van Kings Canyon. Na eerst Mt Heart Attack (of iets dergelijks) opgeklommen te hebben, begon onze walk. Het hoogtepunt was de Garden of Eden. Een tropische oase beneden in de canyon. Jammer dat we onze bikini's niet bij ons hadden!!! Gelukkig konden we 's avonds zwemmen in Glen Helen Gorge aan de rand van de Western Mac Donnell Ranges. Simon zou alvast naar onze kampeerplek voor de nacht gaan. Wij zouden zelf naar het water lopen om te gaan zwemmen.
Komen we bij het water aan, staat het bijna droog. Wij weer terug naar Simon gelopen. "Simon, daar gaan we niet zwemmen hoor, er is bijna geen water!" Bleek dus dat we 100 meter naar links hadden moeten lopen, dat daar wel water was..... Voor het eerst in 9 dagen zonder een gids en wij domme toeristjes raken al helemaal de weg kwijt!! In het donker alsnog gezwommen in de gorge en daarna naar de kampeerplek gegaan op het witte zand langs de Finke River.
De 10e dag was het gewoonweg te heet en was iedereen te moe om ook nog maar 1 stap te zetten. De geplande walk bij Ormiston Gorge ging dus niet door. Wel hebben we weer gezwommen in Glen Helen Gorge en zijn we later naar Ormiston Gorge gegaan waar we konden zwemmen. Daarna op naar Alice Springs waar we rond half 7 's avonds aan kwamen. We hadden 2 uur om ons te douchen en klaar te maken voor de avond, want om half 9 hadden we afgesproken in "Bojangles" in Todd Street, de place to be in Alice. We hebben met zijn allen gegeten en daarna barstte het feest los.
De volgende dag kwam Simon ons om 3 uur 's middags ophalen om ons naar het vliegveld te brengen. We vlogen terug naar Adelaide. De trip door de Outback zat erop. Over 3 dagen vliegen we weer terug naar Nederland en dan eindigt helaas onze hele reis door Australie. Maar we hebben een super tijd gehad!!!