Into the Wild
Vrijheid.
Met 90 km/u met een backpack achterop de scooter over de Central Coast Highway. Het is koud en ik voel een sterke wind als ik tussen de rotsen door rijd, maar de adrenaline giert door mijn lichaam en het voelt geweldig.
Ik was wel gewaarschuwd, alleen kamperen en dan ook nog met een tent achterop de scooter over een drukke winderige snelweg, misschien was het niet zo’n goed idee.
Maar als ik eenmaal iets in mijn hoofd heb, laat ik het niet los en zo kwam het dus dat ik op een zaterdagmorgen de stad verliet om in mijn eentje te gaan kamperen. Natuur ligt hier om de hoek in Sydney en er zijn zo veel verschillende mooie plekjes te ontdekken dat het eigenlijk zonde is om elk weekend maar in de stad te blijven.
Het zou de eerste keer zijn dat ik met mijn scooter de snelweg opging, dat mag hier gewoon. De eerste keer dat ik een tent en backpack op mijn Vespa meenam, de eerste keer alleen kamperen, en de eerste keer dat ik alleen een tent zou moeten opzetten. Best spannend dus.
Mijn tent ging achterop in een houten fietskrat en had ik voor de veiligheid met touwen vastgemaakt. Mijn backpack ging gewoon op mijn rug. Daar ging ik, eerst wat onwennig, want het is heel goed opletten aangezien de meeste automobilisten geen rekening houden met andere weggebruikers, maar algauw voelde ik me op mijn gemak. Ik maakte me meer zorgen of ik zou verdwalen.
De route had ik in mijn hoofd ingeprent, want ik had geen GPS op mijn scooter. Alleen waar ik kon stoppen, kon ik de route checken op mijn telefoon. Zo kwam het dat in plaats van de geplande 1 uur en 45 minuten, ik pas na 3 uur bij mijn bestemming aankwam. Een klein beetje verdwaald dus op de Central Coast. Bijna zonder benzine, mijn telefoon bijna zonder batterij en zonder enig idee waar het dichtstbijzijnde benzinestation was. Maar uiteindelijk kwam ik toch veilig aan bij de bestemming: Bouddi National Park.
Alleen de laatste twee kilometer bleek een verrassing te zijn: een 4WD track. Zodra ik de verharde weg verliet, begon het echte avontuur. Voorzichtig manoeuvreerde ik de scooter langs de diepe modderige kuilen en hobbels. De weg ging omhoog en algauw werd ik getrakteerd op een enorm mooi uitzicht over het park en het strand. Daar met mijn Vespa, hoog op de rotsen en uitkijkend over de oceaan, kon ik niet geloven hoe mooi alles was.
Ik had het meest afgelegen strand gekozen van alle campingspots in het park. De kampeerplek is alleen bereikbaar via een pittige hike van 1,6 kilometer. Er is geen stromend water, geen elektriciteit, en geen BBQ’s. Ik was voorbereid en had twee flessen water en een zelfgebakken focaccia meegebracht, genoeg voor één nacht. Bij de kampeerplek aangekomen bleek ik de enige te zijn, een voordeel van kamperen in de winter. Later kwamen daar nog twee stellen bij, maar die heb ik verder helemaal niet meer gezien.
Op het uitgestrekte stand voelde ik me een beetje Robinson Crusoe, waar verder geen mens te zien was. Misschien waren de stelletjes te druk in hun tent. Ik sprong wat rond in bikini op het strand, ook al was het 3 graden te koud, probeerde mijn yoga handstands, zonder succes, en bouwde een fort van drijfhout.
Tegen zonsondergang ging ik met een fles wijn en zaklamp op verkenning. Het lag voor de hand om die vanaf het strand te aanschouwen, maar nieuwsgierig als ik ben, besloot ik een klein spoor door de bush te volgen. Het bleek uit te komen op een rots boven de oceaan. Ik kon wel janken van geluk. Prachtig uitzicht, niemand in de omgeving te bekennen. Ik ging zitten op mijn meegebrachte picknickkleed en zag met een glas wijn hoe de sterren aan de hemel verschenen.
Voor mijn eigen veiligheid keerde ik terug naar mijn tent voordat het helemaal donker werd. De volgende ochtend werd ik om kwart voor zes ‘s ochtends gewekt door mijn alarm. Ik was moe en bijna blijven liggen, maar de zonsopgang bleek de vroege start meer dan waard te zijn. Het was nog mooier dan de zonsondergang. De hemel kleurde rood en ik zag de zon rijzen uit de oceaan en schitteren over de woeste golven.
Het werd tijd om mijn spullen te pakken en weer terug de bewoonde wereld in te gaan, na nog een laatste pittige hike omhoog.
Even heb ik me Robinson Crusoe kunnen voelen.
Dit avontuur was zeer succesvol en smaakt naar meer, binnenkort volgt een groter avontuur, weer op mijn scooter…
Over Marylaine
Het land van Steve Irwin, vol met snakes, sharks and crocs, dat was Australië. Daar bleef Marylaine - ML voor Aussies - liever ver vandaan. Maar toen een stage op Bali last-minute werd afgeblazen, werd in een impulsieve bui een vlucht naar Australië geboekt. Al haar Aussie vrienden waren immers zo aardig en laidback, dan moest het toch wel een tof land zijn?
In 2010 kwam Marylaine met slechts haar backpack en een retour ticket aan, maar is vervolgens nooit meer weggegaan. Op de ‘north shore‘ van Sydney heeft ze haar plekje helemaal gevonden. Als je over haar balkon heen hangt, kun je ook nog mooi de Harbour Bridge zien. En in de weekenden geniet ze van alles wat de Sydney lifestyle te bieden heeft: de beaches, AFL games, de ‘small bars’ en de ‘Sunday arvo’s’.
“Wonen in Sydney voelt als een groot avontuur en nog steeds verwonder ik me elke dag over de schoonheid van het land, maar ook over de soms toch wel grote cultuurverschillen.”
Met veel plezier deelt ze haar verwondering en hoopt ze jullie te inspireren ook eens een impulsieve beslissing te nemen. Want je ziet, die kunnen heel verrassend uitpakken.